De VMM-heffing op waterverontreiniging wordt vanaf heffingsjaar 2026 fors duurder, vooral voor bedrijven die veel water verbruiken en lozen op de riolering. Verbruik je als onderneming meer dan 500 m³ water per jaar of heb je een eigen waterwinning? Dan ben je verplicht jaarlijks aangifte te doen. Gelukkig zijn er manieren om je heffingskost te beperken – en dat begint bij een goed inzicht in jouw watergebruik en lozingsgedrag.
Zoals elk jaar worden de heffingstarieven geïndexeerd. Maar in 2026 is er meer aan de hand: voor bedrijven die lozen op de riolering stijgt de heffing met meer dan 40%.
De geïndexeerde tarieven voor 2026 (= lozingsjaar 2025) zijn:
Naast de tarieven beïnvloeden je waterverbruik, je lozingsgedrag en de vervuilingsgraad van je afvalwater de hoogte van de heffing. De hogere tarieven zullen al zichtbaar zijn op de voorschotfacturen van je drinkwatermaatschappij.
Er zijn verschillende manieren om je heffingskost onder controle te houden of zelfs flink te verlagen. Hier zijn onze belangrijkste tips:
Elke situatie is anders, en de juiste aanpak hangt af van je bedrijfsactiviteiten, je installaties en je waterstromen. Wil je weten hoe jouw onderneming de VMM-heffing voor waterverontreiniging kan beperken? Onze adviseurs bekijken graag samen met jou de mogelijkheden.
ontdek hoe Profex jou kan helpen besparen
Ben je eigenaar, erfpachter of opstalhouder en neem je sinds 2021 meer dan 1 GWh elektriciteit af per EAN-punt? Dan ben je verplicht om zonnepanelen te installeren. De Vlaamse Regering voerde op 2 mei 2025 enkele belangrijke wijzigingen door.
Sinds het stikstofdecreet van 22/02/2024 is het verplicht een extra nota toe te voegen bij vergunningsaanvragen met stikstofemissies. Deze nota moet aantonen dat de impactscore van stikstofoxiden onder de 1% drempel ligt om een passende beoordeling te vermijden.
Tegen 30 juni 2025 zijn zonnepanelen verplicht op gebouwen waar de elektriciteitsafname hoger is dan 1 gigawattuur (GWh) per jaar. Het zijn de eigenaars, erfpachters en opstalhouders van deze gebouwen die onderworpen zijn aan de verplichting. Voor overheidsgebouwen ligt de drempel op 250 megawattuur (MWh) per jaar.